open brief aan de Nederlandse media over de persrichtlijn voor de rechtspraak

Openbaarheid is licht, geheimhouding is duisternis - J.R. Thorbecke

“Terechtzittingen hebben in beginsel plaats in het openbaar. Het doel van deze openbaarheid is onder meer het mogelijk maken van controle op het werk van rechters, officieren van justitie en advocaten. Omdat de meeste burgers voor hun beeld van de rechtspleging afhankelijk zijn van berichtgeving in de geschreven pers en op radio en televisie, fungeert de pers als intermediair tussen het gerecht en het grote publiek. De gerechten dienen de pers in staat te stellen deze taak te vervullen” - persrichtlijn 2008


klik aan voor de PDF

Vanaf 1 juni 2025 treedt de nieuwe persrichtlijn voor de rechtspraak in werking. Vanaf dat moment worden persvrijheid en openbaarheid van rechtspraak, in praktische zin, vergaand beperkt. Dit is wellicht de grootste naoorlogse inperking van persvrijheid in de rechtspraak van Nederland, juist op het moment waarin het vertrouwen in onze instituties toch al onder druk staat. Ik vraag u daarom, in het belang van dit vertrouwen, in uw publicaties en uitzendingen aandacht te besteden aan de veranderingen in de persrichtlijn voor de rechtspraak. (brief lezen en delen)

Potkaars dossier persrichtlijn: https://potkaars.nl/blog/2025/3/26/de-persrichtlijn-van-de-rechtspraak-vanaf-1-juni-2025

Openbaarheid van rechtspraak in verdrag en Grondwet:

Openbaarheid van rechtspraak is een fundamenteel rechtsbeginsel. Het doel van openbaarheid is onder meer het mogelijk maken van controle op de rechtspleging van buitenaf. Het rechtsbeginsel van openbaarheid van rechtspraak ligt vast in artikel 6 van het Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden (EVRM) (fair trial) en in artikel 121 Grondwet. Naast de openbaarheid spelen ook andere rechtsbeginselen een rol. In artikel 8 EVRM (respect for private and family life) staat de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer centraal. Artikel 10 EVRM (freedom of expression) garandeert het recht op vrijheid van meningsuiting, met inbegrip van het recht van een ieder om inlichtingen en denkbeelden te ontvangen of te verstrekken. (persrichtlijn 2008)

De persrichtlijn voor de rechtspraak werd in 2000 geintroduceerd en daarna bijgewerkt in 2003, 2008, 2013 en 2025. De richtlijn van 2008 werd geevalueerd (evaluatie), evenals die van 2013 (evaluatie).

  • “Een verplichte motivering als de rechter afwijkt van de persrichtlijn” werd in 2008 ingevoerd, in 2013 gehandhaafd en in 2025 weer afgeschaft

  • “Pers accreditatie” werd voor het eerst ingevoerd in 2025

Op 1 april 2025 heeft Kamerlid Gideon van Meijeren (FVD) schriftelijke vragen gesteld aan de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid over de herziene persrichtlijn van de Rechtspraak, die op 1 juni 2025 in werking treedt. Deze vragen richten zich op het nieuwe accreditatiebeleid, waarbij alleen vooraf goedgekeurde journalisten toegang krijgen tot bepaalde faciliteiten van de Rechtspraak. Van Meijeren uit zorgen over de mogelijke beperking van de persvrijheid en de impact op burgerjournalistiek en mediapluriformiteit.

Op 22 april 2025 heeft de staatssecretaris een uitstelbericht gestuurd, waarin wordt aangegeven dat de beantwoording van de vragen wordt uitgesteld. Tot op heden zijn de antwoorden nog niet gepubliceerd.